Uitspraak
RECHTBANK Zeeland-West-Brabant
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 6 december 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt;
- de pleitnota van [gedaagde] .
2.De feiten
- Partijen zijn gehuwd geweest en uit hun huwelijk is geboren de thans vierjarige [dochter] (hierna ook: de dochter).
- Bij beschikking van [datum] 2021 is de echtscheiding tussen partijen uitgesproken.
- Tussen partijen geldt een co-ouderschapsregeling die dient te worden uitgevoerd zoals bepaald is in de beschikking van de kinderrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 2 mei 2023.
- [gedaagde] woont aan de [adres] te [plaats] (hierna: de woning) met haar thans 87 jarige moeder en op de momenten zoals bepaald in de beschikking van 2 mei 2023 verblijft de dochter bij haar.
- De woning is te bereiken via een oprit vanaf de openbare weg en een poort.
- Aan de woning zijn twee camera’s bevestigd, zijnde een camera naast de voordeur die gericht is op de voordeur, de tuin en de poort en een camera op de zijgevel die gericht is op de tuin en poort.
- [eiser] wordt bij het overdragen van de dochter aan [gedaagde] bij de woning gefilmd door camera’s.
- De advocaat van [eiser] heeft [gedaagde] bij brief van 14 september 203 (onder meer) gesommeerd om de camera’s tijdens de overdrachtsmomenten uit te schakelen en gemaakt beeld- en of geluidsmateriaal direct te verwijderen omdat het in strijd is met de Algemene Verordening Persoonsgegevens (AVG) en een onrechtmatige daad is. Daarnaast is in de brief verzocht om inzage en wissen ex artikelen 15 en 17 AVG.
- Als reactie heeft de advocaat van [gedaagde] bij brief van 26 september 2023 aan de advocaat van [eiser] medegedeeld dat [gedaagde] zich aan de privacywetgeving houdt.
3.Het geschil
4.De beoordeling
- nasalaris
€