ECLI:NL:RBZWB:2023:94
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van aanvragen om uitkeringen uit het Schadefonds Geweldsmisdrijven na schietincident en huiselijk geweld
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank de beroepen van eiseres tegen de besluiten van het Schadefonds Geweldsmisdrijven op haar aanvragen om uitkeringen. Eiseres had aanvragen ingediend na getuige te zijn geweest van een schietincident waarbij haar vader haar moeder heeft gedood, en na slachtoffer te zijn geweest van huiselijk geweld. De rechtbank behandelt de beroepen in twee zaken: zaaknummer 22/3994 betreft de uitkering na het schietincident en zaaknummer 22/4082 betreft de uitkering na huiselijk geweld. De rechtbank oordeelt dat het Schadefonds de aanvragen van eiseres niet correct heeft beoordeeld. In de eerste zaak, betreffende het schietincident, heeft het Schadefonds de aanvraag voor psychisch letsel afgewezen op basis van onvoldoende bewijs van de psychische gevolgen. De rechtbank oordeelt echter dat het schietincident, gezien de omstandigheden, ernstig psychisch letsel kan vooronderstellen. In de tweede zaak, betreffende huiselijk geweld, oordeelt de rechtbank dat het Schadefonds de frequentie van het geweld niet correct heeft ingeschat en dat eiseres recht heeft op een hogere uitkering. De rechtbank vernietigt het besluit van het Schadefonds in de eerste zaak en draagt hen op een nieuw besluit te nemen, terwijl het besluit in de tweede zaak in stand blijft. Eiseres krijgt ook een vergoeding voor proceskosten en griffierecht.