ECLI:NL:RBZWB:2024:4682

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
8 juli 2024
Publicatiedatum
10 juli 2024
Zaaknummer
BRE 23/10526
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid beroep wegens niet betalen griffierecht in belastingzaak

Op 8 juli 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak BRE 23/10526, waarin belanghebbende beroep heeft ingesteld tegen de naheffingsaanslag parkeerbelasting. Het beroep is ingediend tegen de bestreden uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Breda, gedateerd 9 oktober 2023. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat belanghebbende het verschuldigde griffierecht van € 50,- niet heeft betaald. De rechtbank heeft in haar beoordeling aangegeven dat het niet tijdig betalen van het griffierecht niet verontschuldigbaar is, ondanks de argumenten van belanghebbende dat zij al een boete had betaald. De griffier heeft belanghebbende herhaaldelijk gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht en de gevolgen van het niet betalen. Aangezien het griffierecht niet op tijd is voldaan, heeft de rechtbank besloten het beroep niet-ontvankelijk te verklaren, waardoor het bestreden besluit in stand blijft. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 23/10526

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 8 juli 2024 in de zaak tussen

[belanghebbende], uit [plaats], belanghebbende

en

de heffingsambtenaar van de gemeente Breda, de heffingsambtenaar.

Inleiding

1. In deze uitspraak beslist de rechtbank over het beroep van belanghebbende tegen de bestreden uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van 9 oktober 2023. Het beroep ziet op de naheffingsaanslag parkeerbelasting met [aanslagnummer].
1.1.
Omdat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, doet de rechtbank uitspraak zonder zitting. Artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) maakt dat mogelijk.

Beoordeling door de rechtbank

2. De rechtbank komt tot het oordeel dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is omdat het griffierecht niet is betaald en het niet betalen niet verontschuldigbaar is. De rechtbank legt hierna uit hoe zij tot dit oordeel komt.
Toetsingskader
3. Iemand die beroep instelt, moet griffierecht betalen. Dit staat in artikel 8:41 van de Awb. In een zaak als deze is het griffierecht € 50,-. De griffier van de rechtbank stelt een termijn waarbinnen het griffierecht moet worden betaald. Het hele bedrag moet binnen die termijn zijn bijgeschreven op de rekening van de rechtbank of dan zijn betaald op de griffie van de rechtbank. Als het griffierecht niet of niet tijdig is betaald, verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk. Dat is alleen anders als het niet of niet tijdig betalen van het griffierecht verontschuldigbaar is. Dat betekent dat er een goede reden moet zijn waarom het griffierecht niet (tijdig) is betaald.
Heeft belanghebbende het griffierecht tijdig betaald?
4. De griffier heeft belanghebbende bij brief van 28 oktober 2023 gewezen op de verschuldigdheid van het griffierecht en meegedeeld dat dit binnen vier weken moet zijn voldaan. De griffier heeft vervolgens bij aangetekend verzonden brief van 26 november 2023 belanghebbende nogmaals in de gelegenheid gesteld het griffierecht te betalen binnen vier weken na dagtekening van die brief.
5. Belanghebbende heeft het griffierecht niet op tijd betaald.
Is het niet tijdig betalen verontschuldigbaar?
6. Belanghebbende heeft op 2 december 2023 laten weten de herinnering te hebben ontvangen, maar niet tot betaling over te gaan. Belanghebbende geeft als reden dat zij al een boete heeft betaald wat ten onrechte voelt. Dit leidt er echter niet toe dat het griffierecht niet hoeft te worden betaald. De griffier heeft belanghebbende bij brief van 7 december 2023 er nogmaals op gewezen dat het beroep niet-ontvankelijk wordt verklaard en dus niet inhoudelijk wordt behandeld, als het griffierecht niet binnen de gestelde termijn wordt betaald.

Conclusie en gevolgen

7. Aangezien belanghebbende het griffierecht niet (op tijd) heeft betaald, is het beroep niet-ontvankelijk. Dat betekent dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk beoordeelt en dat het bestreden besluit in stand blijft. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. drs. S.J. Willems-Ruesink, rechter, in aanwezigheid van
mr. W. Dekkers, griffier, op 8 juli 2024 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De griffier, De rechter,
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over verzet

Als partijen het niet eens zijn met deze uitspraak, kunnen zij een verzetschrift sturen naar de rechtbank waarin zij uitleggen waarom zij het niet eens zijn met deze uitspraak. Het verzetschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Als partijen graag een zitting willen om het verzetschrift toe te lichten, moeten zij dit in het verzetschrift vermelden.