Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[betrokkene]
Verloop van de procedure
Standpunten
Overwegingen
€ 437,50
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 25 juni 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete die aan de betrokkene was opgelegd. De betrokkene had een administratieve sanctie ontvangen voor het rijden op het trottoir in de Nieuwlandstraat te Tilburg op 8 april 2022. De betrokkene heeft beroep aangetekend bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft de betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter. Tijdens de zitting op 25 juni 2024 was de betrokkene niet aanwezig, maar werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. M. Lagas. De officier van justitie werd vertegenwoordigd door mr. D. Hoveijn.
De gemachtigde voerde aan dat er geen foto van de gedraging in het dossier zat, wat in strijd zou zijn met artikel 7:18 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Ook werd gesteld dat de verkeerssituatie onduidelijk was door de aanwezigheid van een fuik en onduidelijke bebording. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de verkeerssituatie ter plaatse inderdaad problematisch was en dat de bebording niet voldeed aan de eisen van het Beleidskader digitale handhaving. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de boete terecht was opgelegd, maar dat er sprake was van een schending van de hoorplicht en een overschrijding van de redelijke termijn. Hierdoor werd de boete met 25% gematigd. De kantonrechter heeft het beroep tegen de beslissing van de officier van justitie gegrond verklaard en de boete vastgesteld op € 112,50, met een proceskostenvergoeding van € 119,32 voor de betrokkene.
De uitspraak benadrukt de noodzaak van duidelijke verkeerssituaties en de verplichting voor de overheid om aan de voorwaarden van het Beleidskader te voldoen. De kantonrechter heeft de eerdere uitspraken over de Nieuwlandstraat-zaken overgenomen en bevestigd dat de verkeerssituatie na 3 november 2021 voldoende duidelijk was voor weggebruikers. De uitspraak biedt inzicht in de juridische overwegingen bij verkeersboetes en de rechten van betrokkenen in administratieve procedures.