ECLI:NL:RBZWB:2024:6355

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
16 september 2024
Publicatiedatum
13 september 2024
Zaaknummer
BRE 24/3691
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet betalen griffierecht in belastingzaak

In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 16 september 2024, wordt het beroep van de belanghebbende tegen het niet tijdig beslissen op een bezwaarschrift inzake naheffingsaanslagen motorrijtuigenbelasting behandeld. De rechtbank oordeelt dat de beroepen kennelijk niet-ontvankelijk zijn omdat het griffierecht niet is betaald. De belanghebbende had de mogelijkheid om het griffierecht van € 371,- te betalen binnen een gestelde termijn, maar heeft dit niet gedaan. De griffier heeft de belanghebbende op 24 juli 2024 per aangetekende brief in de gelegenheid gesteld om het griffierecht te voldoen, maar de betaling is niet tijdig ontvangen. De rechtbank legt uit dat het niet tijdig betalen van het griffierecht niet verontschuldigbaar is, aangezien de belanghebbende geen goede reden heeft opgegeven voor het verzuim. Hierdoor blijft de beslissing van de rechtbank dat de beroepen niet-ontvankelijk zijn in stand, en wordt er geen inhoudelijke beoordeling van de bestreden besluiten gedaan. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Belastingrecht
zaaknummers: BRE 24/3691 tot en met 24/3700 en 24/3702

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 16 september 2024 in de zaak tussen

[belanghebbende] , uit [plaats] , belanghebbende,

(gemachtigde: mr. J.H. Weermeijer),
en

de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.

Inleiding

1. In deze uitspraak beslist de rechtbank over de beroepen van belanghebbende tegen het niet tijdig beslissen op het door belanghebbende ingediende bezwaarschrift inzake de naheffingsaanslagen motorrijtuigenbelasting met aanslagnummers [aanslagnummer] .Y.5, [aanslagnummer] .Y.5.3, [aanslagnummer] .Y.5.4, [aanslagnummer] .Y.5.5, [aanslagnummer] .Y.5.6, [aanslagnummer] .Y.5.7, [aanslagnummer] .Y.5.8, [aanslagnummer] .Y.5.9, [aanslagnummer] .Y.6, [aanslagnummer] .Y.6.2, [aanslagnummer] .Y.6.3 en de bij beschikkingen opgelegde boetes.
1.1.
Omdat de beroepen kennelijk niet-ontvankelijk zijn, doet de rechtbank uitspraak zonder zitting. Artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) maakt dat mogelijk.

Beoordeling door de rechtbank

2. De rechtbank komt tot het oordeel dat de beroepen kennelijk niet-ontvankelijk zijn omdat het griffierecht niet is betaald en het niet betalen niet verontschuldigbaar is. De rechtbank legt hierna uit hoe zij tot dit oordeel komt.
Toetsingskader
3. Iemand die beroep instelt, moet griffierecht betalen. Dit staat in artikel 8:41 van de Awb. In een zaak als deze is het griffierecht € 371,-. De griffier van de rechtbank stelt een termijn waarbinnen het griffierecht moet worden betaald. Het hele bedrag moet binnen die termijn zijn bijgeschreven op de rekening van de rechtbank of dan zijn betaald op de griffie van de rechtbank. Als het griffierecht niet of niet tijdig is betaald, verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk. Dat is alleen anders als het niet of niet tijdig betalen van het griffierecht verontschuldigbaar is. Dat betekent dat er een goede reden moet zijn waarom het griffierecht niet (tijdig) is betaald.
Heeft belanghebbende het griffierecht tijdig betaald?
4. De griffier heeft belanghebbende bij aangetekend verzonden brief van 24 juli 2024 belanghebbende in de gelegenheid gesteld het griffierecht te betalen binnen twee weken na dagtekening van die brief. Uit informatie van PostNL is gebleken dat de aangetekend verzonden brief op 26 juli 2024 om 15:40 uur is bezorgd en dat voor ontvangst is getekend.
5. Belanghebbende heeft het griffierecht niet op tijd betaald.
Is het niet tijdig betalen verontschuldigbaar?
6. Belanghebbende heeft geen reden gegeven voor dit verzuim. Er is dus geen verontschuldiging voor dit verzuim gebleken.

Conclusie en gevolgen

7. De beroepen zijn daarom niet-ontvankelijk. Dat betekent dat de rechtbank de beroepen tegen het niet tijdig beslissen niet inhoudelijk beoordeelt en dat de bestreden besluiten in stand blijven. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart de beroepen niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. drs. S.J. Willems-Ruesink, rechter, in aanwezigheid van N. Plasman, griffier, op 16 september 2024 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De griffier, De rechter,
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over verzet

Als partijen het niet eens zijn met deze uitspraak, kunnen zij een verzetschrift sturen naar de rechtbank waarin zij uitleggen waarom zij het niet eens zijn met deze uitspraak. Het verzetschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Als partijen graag een zitting willen om het verzetschrift toe te lichten, moeten zij dit in het verzetschrift vermelden.