ECLI:NL:RBZWB:2024:6367
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens ontbreken machtiging
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 16 september 2024, wordt het beroep van belanghebbende tegen de naheffingsaanslag belasting personenauto’s en motorrijwielen behandeld. Het beroep is ingesteld door een gemachtigde, maar de rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is omdat de gemachtigde geen geldige machtiging heeft overgelegd. De rechtbank verwijst naar artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dat het mogelijk maakt om zonder zitting uitspraak te doen in dergelijke gevallen.
De rechtbank legt uit dat iemand die namens een ander beroep instelt, op verzoek van de rechtbank een machtiging moet indienen. In dit geval heeft de gemachtigde, [naam], geen juiste machtiging bijgevoegd, waardoor de rechtbank niet kan vaststellen dat hij bevoegd is om het beroep in te stellen. Ondanks verzoeken van de rechtbank om het verzuim te herstellen, heeft de gemachtigde geen geldige machtiging overgelegd. De rechtbank concludeert dat het niet tijdig indienen van een machtiging niet verontschuldigbaar is, aangezien er geen reden is gegeven voor het verzuim.
Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk, wat betekent dat het bestreden besluit in stand blijft en er geen proceskostenveroordeling plaatsvindt. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om verzet aan te tekenen tegen deze beslissing.