ECLI:NL:RBZWB:2024:6375
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroepen wegens overlijden belanghebbende en gebrek aan opvolging door erfgenamen
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 18 september 2024, wordt beslist over de beroepen van de belanghebbende inzake ingehouden loonheffingen over de jaren 2017 tot en met 2019. De rechtbank constateert dat de indiener van het beroep, de belanghebbende, is overleden. Dit heeft geleid tot de vraag of de erfgenamen de beroepen willen voortzetten of intrekken. De rechtbank heeft op 22 februari 2024 de erfgenamen aangeschreven, maar hierop is niet gereageerd.
Op 18 juni 2024 heeft de rechtbank een oproep in de Staatscourant geplaatst, waarin de erfgenamen werden verzocht zich te melden voor 5 juli 2024. Ook hierop heeft zich niemand gemeld. De rechtbank concludeert dat er geen erfgenamen zijn die de belanghebbende als partij in deze procedure hebben opgevolgd en die de procedures willen voortzetten. Hierdoor is het processuele belang aan de beoordeling van de beroepen komen te ontvallen.
De rechtbank verklaart de beroepen niet-ontvankelijk, omdat er geen partijen zijn die de beroepen willen voortzetten. Deze uitspraak is gedaan door mr. drs. S.J. Willems-Ruesink, rechter, in aanwezigheid van N. Plasman, griffier, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na verzending van de uitspraak een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met deze beslissing.