ECLI:NL:RBZWB:2024:795
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring bezwaren omgevingsvergunning mini-camping
In deze zaak hebben eisers beroep ingesteld tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noord-Beveland, waarin hun bezwaren tegen de verleende omgevingsvergunning voor een mini-camping niet-ontvankelijk zijn verklaard. De vergunning was verleend op 29 september 2022 voor het afwijken van het bestemmingsplan ten behoeve van de realisering van een mini-camping met maximaal 15 kampeermiddelen op het perceel [adres 1] te [plaats]. De eisers, die in de nabijheid van het perceel wonen, hebben aangevoerd dat zij ten onrechte niet-ontvankelijk zijn verklaard en dat zij niet zijn gehoord in de procedure. Ze betogen dat de reguliere procedure niet gevolgd had moeten worden, maar dat de uniforme openbare voorbereidingsprocedure (uov) van toepassing was.
Tijdens de zitting op 23 november 2023 in Middelburg hebben eisers zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigde, terwijl het college werd vertegenwoordigd door mr. C.C.P. Jansen. De rechtbank heeft overwogen dat eisers geen gevolgen van enige betekenis zullen ondervinden van de mini-camping, gezien de afstand van ongeveer 600 meter tussen hun woningen en het perceel. De rechtbank heeft daarbij gekeken naar de factoren zoals afstand, zicht, en milieugevolgen. De rechtbank concludeert dat de eisers terecht niet-ontvankelijk zijn verklaard en dat hun beroep ongegrond is. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. L.P. Hertsig en is openbaar gemaakt op 8 februari 2024. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.