Uitspraak
RECHTBANK Zeeland-West-Brabant
1.De zaak in het kort
2.De procedure
3.De feiten
Verbruiksbelastingen en/of Accijnzen
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze vrijwaringszaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 20 november 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eiseres] B.V. en Basis Groothandel B.V. De zaak betreft een vordering in vrijwaring van [eiseres] tegen Basis Groothandel, die frisdrank heeft geleverd aan [eiseres] op basis van de afspraak dat de verbruiksbelasting in de koopprijs is inbegrepen. In de hoofdzaak had de rechtbank op 5 juni 2024 geoordeeld dat [eiseres] tekort was geschoten in haar verplichting om de verbruiksbelasting te betalen aan Soda Shop, wat resulteerde in een naheffingsaanslag van € 56.893,00. [eiseres] vorderde nu dat Basis Groothandel haar zou vrijwaren van deze schade, omdat de verbruiksbelasting niet was afgedragen door Basis Groothandel. De rechtbank oordeelde dat Basis Groothandel inderdaad tekort was geschoten in haar verplichtingen en dat zij de schade aan [eiseres] moest vergoeden. De rechtbank heeft de vordering in vrijwaring toegewezen en Basis Groothandel veroordeeld tot betaling van de schade en de proceskosten. De uitspraak is uitvoerbaar bij voorraad.