Uitspraak
2.De feiten
3.Het verzoek
4.De beoordeling
“Op basis van de huidige resultaten kan ik u al mededelen dat voor dit jaar al zeker geen bonus zal worden toegekend.”Hieruit kan worden opgemaakt dat over het jaar 2023 geen bonus zal worden uitgekeerd, maar niet dat – zoals de man heeft gesteld – een dergelijke uitkering nimmer meer het geval zal zijn. De rechtbank acht genoegzaam gebleken dat er vanwege het bedrijfsresultaat een bonus aan de werknemers uitgekeerd kan worden. Hoewel een eerdere toekenning geen recht doet ontstaan voor de toekomst, is niet gebleken dat het een eenmalige uitkering is geweest. Sinds de indiensttreding van de man is over twee van de drie jaar een dergelijke uitkering gedaan. Dit in overweging nemend acht de rechtbank het redelijk uit te gaan van de door de vrouw opgevoerde bonus van € 5.000,=.
kanzijn om met een bedrag lager dan het woonbudget te redenen. Zoals hierna zal worden overwogen en tussen partijen ook niet in geschil is, is in dit geval geen sprake van een tekort aan draagkracht, zodat het woonbudget de norm is. De door de vrouw aangehaalde jurisprudentie laat zien dat er door bijzondere omstandigheden afgeweken is van het woonbudget zonder dat er een tekort aan draagkracht was. Echter, gelet op de specifieke omstandigheden in die uitspraken leidt dat naar het oordeel van de rechtbank niet onverkort tot een afwijking van het woonbudget in onderhavige situatie. Anders dan in de genoemde voorbeelden doet zich geen situatie voor waarin de man in het geheel geen woonlasten heeft of samenwoont. De enkele omstandigheid dat de werkelijke woonlast, waarvan partijen overigens van mening verschillen over de hoogte, aanzienlijk afwijkt van het woonbudget ziet de rechtbank niet als bijzondere omstandigheid die afwijking van voormeld uitgangspunt rechtvaardigt wanneer volledig in de behoefte kan worden voorzien en dus alleen de onderlinge vergelijking van de draagkracht zou beïnvloeden. De rechtbank overweegt verder nog dat de man heeft aangegeven te willen verhuizen. Hoewel dit een onzekere in de toekomst gelegen omstandigheid betreft, dient de man net als de vrouw de mogelijkheid te hebben om een hogere woonlast dan nu aan te gaan, mede reden waarom een forfaitair systeem te gelden heeft. Gelet op al het voorgaande ziet de rechtbank onvoldoende aanleiding om af te wijken van het uitgangspunt, zodat rekening wordt gehouden met het woonbudget.
5.De beslissing
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.