Op 12 december 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak BRE 24/1401, waarin eisers, vertegenwoordigd door mr. R.M. Rensing, in beroep gingen tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Halderberge. Dit besluit betrof het opleggen van een last onder dwangsom wegens het in strijd met het bestemmingsplan huisvesten van arbeidsmigranten in een pand aan [adres 1] te [plaats 2]. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, omdat het college ten onrechte het aantal bewoners op de verdieping had beperkt tot vier. De rechtbank oordeelde dat er wel degelijk sprake was van een overtreding van het bestemmingsplan, maar dat de beperking van het aantal bewoners niet wettelijk was vastgelegd. De rechtbank vernietigde het besluit van 24 januari 2024, maar liet de rechtsgevolgen in stand voor zover deze betrekking hadden op het gebruik van de benedenverdieping als woning, niet zijnde een dienstwoning. Dit betekent dat eisers een dwangsom kunnen verbeuren als de begane grond in strijd met het bestemmingsplan als woning wordt gebruikt. Tevens moet het college het griffierecht en proceskosten aan eisers vergoeden.