ECLI:NL:RBZWB:2025:133
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep wegens niet betalen griffierecht in belastingzaak
Op 14 januari 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak BRE 24/3892, waarin belanghebbende beroep heeft ingesteld tegen de naheffingsaanslag parkeerbelasting. Het beroep is ingediend tegen de bestreden uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Breda, gedateerd 4 april 2024. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat belanghebbende het verschuldigde griffierecht van € 51,- niet heeft betaald. De rechtbank heeft in haar beoordeling aangegeven dat het niet tijdig betalen van het griffierecht niet verontschuldigbaar is, aangezien belanghebbende geen goede reden heeft opgegeven voor het verzuim.
De griffier heeft belanghebbende op 8 mei 2024 en opnieuw op 6 juni 2024 gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht. Ondanks deze waarschuwingen heeft belanghebbende het griffierecht niet op tijd voldaan. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep niet-ontvankelijk is, wat betekent dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk zal beoordelen en het bestreden besluit in stand blijft. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. drs. S.J. Willems-Ruesink, rechter, in aanwezigheid van mr. W. Dekkers, griffier, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.