ECLI:NL:RBZWB:2025:2298
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet betalen griffierecht in WOZ-zaak
Op 17 april 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen een belanghebbende en de heffingsambtenaar van Sabewa Zeeland. De rechtbank beoordeelt het beroep van de belanghebbende, die zich had beklaagd over het niet tijdig beslissen op zijn bezwaar tegen de WOZ-beschikking van een object in [plaats]. De rechtbank komt tot de conclusie dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat de belanghebbende het verschuldigde griffierecht van € 51,- niet tijdig heeft betaald. De griffier had de belanghebbende eerder gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht en de termijn waarbinnen dit moest gebeuren. Ondanks de aangetekende brief van 26 oktober 2024, waarin de belanghebbende werd geïnformeerd over de verschuldigdheid van het griffierecht, heeft hij dit bedrag niet op tijd voldaan. De rechtbank stelt vast dat er geen verontschuldigbare redenen zijn aangevoerd voor het niet tijdig betalen van het griffierecht. Hierdoor is de rechtbank genoodzaakt om het beroep niet-ontvankelijk te verklaren, wat betekent dat er geen inhoudelijke beoordeling van de zaak plaatsvindt. De uitspraak is gedaan door mr. drs. S.J. Willems-Ruesink, rechter, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Een afschrift van de uitspraak is verzonden aan de betrokken partijen.