Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 14 mei 2025 in de zaak tussen
[eiseres], uit [plaats], eiseres,
Dienst Toeslagen, verweerder.
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
.Omdat het bezwaarschrift na deze zes weken is ontvangen, dient de beslistermijn berekend te worden vanaf de dag na die waarop het bezwaarschrift is ontvangen. [3] Verweerder heeft de termijn verlengd met zes weken. Verweerder had dus uiterlijk op 16 januari 2025 moeten beslissen. De termijn waarbinnen verweerder moet beslissen is inmiddels voorbij. Eiseres heeft verweerder op 4 maart 2025 in gebreke gesteld en verweerder heeft de ingebrekestelling op 5 maart 2025 ontvangen. Sindsdien zijn twee weken voorbij gegaan.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het, met een besluit gelijk te stellen, niet tijdig nemen van een besluit;
- draagt verweerder op uiterlijk 12 maart 2026 alsnog een besluit op bezwaar bekend te maken;
- bepaalt dat verweerder het griffierecht van € 53,- aan eiseres moet vergoeden;
- veroordeelt verweerder tot betaling van € 453,50 aan proceskosten aan eiseres.