ECLI:NL:RBZWB:2025:4074
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet betalen griffierecht in belastingzaak
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 27 juni 2025, wordt het beroep van de belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van de Belastingdienst behandeld. Het beroep betreft de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen over het jaar 2021. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat het griffierecht niet is betaald. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dat de rechtbank in staat stelt om zonder zitting uitspraak te doen in dergelijke gevallen.
De rechtbank legt uit dat de belanghebbende het griffierecht van € 51,- moest betalen en dat de griffier de belanghebbende tijdig heeft geïnformeerd over de verschuldigdheid van dit griffierecht. Ondanks herhaalde aanmaningen heeft de belanghebbende het griffierecht niet tijdig voldaan en heeft hij geen verontschuldiging voor dit verzuim gegeven. Hierdoor is er geen aanleiding om het beroep inhoudelijk te beoordelen, en blijft het bestreden besluit in stand. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.