Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[betrokkene]
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 13 juni 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. Betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen voor het rijden op het trottoir, wat niet is toegestaan. De boete was opgelegd naar aanleiding van een incident dat plaatsvond op 4 juli 2023, waarbij betrokkene op een voetgangersgebied reed. Betrokkene heeft tegen de beslissing van de officier van justitie beroep aangetekend, maar dit beroep werd ongegrond verklaard. Tijdens de zitting op 13 juni 2025 was betrokkene niet aanwezig, maar de zittingsvertegenwoordiger van de officier van justitie heeft de zaak toegelicht. De kantonrechter heeft vastgesteld dat uit de beschikbare bewijsstukken, waaronder foto's, blijkt dat betrokkene zich inderdaad in het voetgangersgebied bevond. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de boete terecht was opgelegd en heeft het beroep ongegrond verklaard. De uitspraak is openbaar gedaan en betrokkene heeft de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.