ECLI:NL:RBZWB:2025:4354
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen aanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor de jaren 2021 en 2022
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 9 juli 2025, worden de beroepen van de belanghebbende tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van de Belastingdienst behandeld. De inspecteur had aan de belanghebbende voor de jaren 2021 en 2022 aanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd, gebaseerd op een belastbaar inkomen uit werk en woning van respectievelijk € 46.881 en € 40.528. De inspecteur had ook belastingrente in rekening gebracht. De rechtbank beoordeelt of deze aanslagen en belastingrentebeschikkingen correct zijn vastgesteld. De belanghebbende heeft zijn bezwaren ongegrond verklaard gekregen, en partijen hebben besloten af te zien van een mondelinge behandeling. De rechtbank concludeert dat de aanslagen en belastingrentebeschikkingen naar de juiste bedragen zijn vastgesteld en dat de beroepen ongegrond zijn. De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding of vergoeding van het griffierecht. De uitspraak is openbaar gemaakt en kan worden aangevochten bij het gerechtshof ‘s-Hertogenbosch binnen zes weken na verzending.