ECLI:NL:RBZWB:2025:4521
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet betalen griffierecht in belastingzaak
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 11 juli 2025, wordt de niet-ontvankelijkheid van de beroepen van de belanghebbende behandeld. De belanghebbende had beroep ingesteld tegen de bestreden uitspraken op bezwaar van de inspecteur van de Belastingdienst, die betrekking hadden op naheffingsaanslagen omzetbelasting voor de periode van april 2022 tot en met september 2023. De rechtbank oordeelt dat de beroepen kennelijk niet-ontvankelijk zijn omdat het griffierecht niet is betaald. De rechtbank legt uit dat volgens artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) het griffierecht voor deze zaak € 187,- bedraagt en dat dit bedrag binnen een bepaalde termijn betaald moet worden. De griffier heeft de belanghebbende herhaaldelijk gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht, maar de belanghebbende heeft dit niet tijdig gedaan en geen verontschuldiging voor het verzuim gegeven. Hierdoor blijft de beslissing van de inspecteur in stand en wordt het beroep niet inhoudelijk beoordeeld. De rechtbank verklaart de beroepen niet-ontvankelijk en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.