Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[betrokkene]
Verloop van de procedure
Standpunten
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om proceskostenvergoeding af.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 3 juli 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. De betrokkene had een boete ontvangen voor het niet correct dragen van de veiligheidsgordel op de Provincialeweg (N290) te Vogelwaarde op 21 oktober 2023. De betrokkene heeft tegen de opgelegde boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierna heeft de betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
Tijdens de zitting op 3 juli 2025 heeft de gemachtigde van de betrokkene, mr. B. de Jong van Adviesbureau Skandara B.V., aangevoerd dat de boete niet redelijk is gezien de omstandigheden, waarbij de betrokkene de gordel onder haar arm droeg vanwege een zenuwbeknelling. Een medische verklaring ter ondersteuning van dit standpunt werd overgelegd. De zittingsvertegenwoordiger, mr. C.S. de Meer, heeft echter betoogd dat de gedraging zoals vastgesteld door de verbalisant voldoende bewijs biedt voor de opgelegde boete.
De kantonrechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de gedraging waarvoor de boete is opgelegd, voldoende is aangetoond en dat de betrokkene niet kan volstaan met enkel een medische verklaring om de gordel op een andere wijze te dragen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de boete terecht is opgelegd en dat er geen reden is om deze te matigen. Het beroep is ongegrond verklaard en het verzoek om proceskostenvergoeding is afgewezen. De uitspraak is openbaar gedaan en de betrokkene is geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.