ECLI:NL:RBZWB:2025:6629
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- S. Hindriks
- Rechtspraak.nl
Verzoek om inzage in persoonsgegevens op grond van de AVG en de beoordeling van de minister
Op 2 oktober 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarin eiseres een verzoek indiende op basis van artikel 15 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) om inzage in haar verwerkte persoonsgegevens. Eiseres was het niet eens met de wijze waarop de minister van Financiën inzage had gegeven in haar gegevens die waren opgenomen in de Fraude Signalering Voorziening (FSV). De rechtbank beoordeelde de beroepsgronden van eiseres en kwam tot de conclusie dat het beroep ongegrond was. De rechtbank oordeelde dat de minister voldoende had voldaan aan het inzageverzoek door een overzicht van de verwerkte persoonsgegevens te verstrekken, waaronder het BSN-nummer, achternaam en voorletters van eiseres. De rechtbank stelde vast dat er geen onjuistheden in het overzicht waren en dat de minister niet verder onderzoek hoefde te doen naar de reden van de registratie van eiseres in de FSV. Eiseres had ook een verzoek om schadevergoeding ingediend, maar de rechtbank oordeelde dat dit verzoek niet ter beoordeling lag in deze procedure. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, wat betekende dat eiseres geen gelijk kreeg en geen griffierecht of proceskostenvergoeding ontving.