ECLI:NL:RBZWB:2025:7215
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep wegens niet betalen griffierecht in belastingzaak
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 24 oktober 2025, wordt het beroep van de belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van de belastingdienst behandeld. Het beroep betreft de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen over het jaar 2015. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat het griffierecht niet is betaald. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dat de rechtbank in staat stelt om zonder zitting uitspraak te doen in dergelijke gevallen.
De rechtbank legt uit dat de belanghebbende verplicht is om griffierecht te betalen, en dat het griffierecht in deze zaak € 51,- bedraagt. De griffier heeft de belanghebbende tijdig gewezen op de verschuldigdheid van het griffierecht en heeft hem de gelegenheid gegeven om dit binnen een bepaalde termijn te voldoen. Ondanks deze waarschuwingen heeft de belanghebbende het griffierecht niet op tijd betaald en heeft hij geen verontschuldiging voor dit verzuim gegeven.
Als gevolg hiervan verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk, wat betekent dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk beoordeelt en het bestreden besluit in stand blijft. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en kan door partijen worden aangevochten door middel van een verzetschrift, dat binnen zes weken na verzending van de uitspraak moet worden ingediend.