ECLI:NL:RBZWB:2025:7426
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens het niet indienen van gronden in belastingzaak
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 29 oktober 2025, wordt het beroep van de belanghebbende tegen de naheffingsaanslag bpm behandeld. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat de belanghebbende de gronden van het beroep niet heeft vermeld en dit verzuim niet tijdig heeft hersteld. De rechtbank heeft de belanghebbende in een eerder bericht verzocht om binnen vier weken de gronden van het beroep te vermelden, maar dit verzoek is niet opgevolgd. De rechtbank legt uit dat het niet tijdig vermelden van de gronden niet verontschuldigbaar is, aangezien er geen reden is gegeven voor het verzuim. Hierdoor blijft het bestreden besluit in stand en wordt het beroep niet inhoudelijk beoordeeld. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.