ECLI:NL:RBZWB:2025:7618
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling verzoek om proceskostenveroordeling in bestuursrechtelijke zaak betreffende Wet open overheid
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 13 november 2025, wordt het verzoek van verzoeker om een veroordeling van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg in de proceskosten beoordeeld. Verzoeker had eerder beroep ingesteld tegen het uitblijven van een besluit op zijn verzoek op grond van de Wet open overheid (Woo) van 16 september 2024. Dit beroep werd ingetrokken nadat het college op 5 augustus 2025 alsnog een besluit had genomen. De rechtbank doet uitspraak zonder zitting op het verzoek om proceskostenveroordeling.
De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenveroordeling af. Volgens de wet kan een bestuursrechter een bestuursorgaan veroordelen in de proceskosten als het bestuursorgaan geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het beroepschrift is tegemoetgekomen. In dit geval is het college tegemoetgekomen aan verzoeker door alsnog een besluit te nemen, maar de rechtbank concludeert dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. Het beroepschrift is niet ingediend door een derde die beroepsmatig rechtsbijstand verleent, en er zijn geen proceskosten aangetoond die voor vergoeding in aanmerking komen.
De rechtbank wijst erop dat het college wel verplicht is het door verzoeker betaalde griffierecht van € 187,- te vergoeden. Verzoeker moet zich hiervoor tot het college wenden, dat in het besluit van 5 november 2025 heeft aangegeven het griffierecht te zullen vergoeden. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak.