mw. mr. A.G.J.M. de Weert

De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenveroordeling af, maar het college moet wel het griffierecht van € 187,- vergoeden aan verzoeker.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant verklaart zich onbevoegd in schadeverzoek van eiser tegen gemeente Tilburg, omdat verzoek om schadevergoeding geen besluit betreft.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant verklaart zich onbevoegd in schadeverzoek van eiseres tegen het college van Tilburg, omdat geen besluit is genomen. Griffierecht wordt vergoed.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant verklaart zich onbevoegd in schadeverzoek van eiseres tegen het college van Tilburg, omdat geen besluit is genomen. Griffierecht wordt vergoed.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de minister van Financiën niet tijdig heeft beslist op het bezwaar van eiser en legt een dwangsom op van € 1.442,-.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat UWV niet tijdig heeft beslist op WIA-aanvraag. Beroep gegrond, UWV krijgt vier maanden om besluit te nemen en moet dwangsom betalen.

De rechtbank oordeelt dat het UWV niet tijdig heeft beslist op het bezwaar van eiseres tegen de weigering van een Wajong-uitkering en legt een dwangsom op.

De rechtbank veroordeelt het UWV tot betaling van € 453,50 aan proceskosten aan verzoekster, na intrekking van haar beroep tegen het UWV.

De rechtbank oordeelt dat het UWV € 453,50 aan proceskosten moet vergoeden aan verzoekster, die haar beroep had ingetrokken na tijdige beslissing door het UWV.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat UWV niet tijdig heeft beslist op WIA-aanvraag. UWV moet binnen vier maanden een besluit nemen en krijgt een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat UWV niet tijdig heeft beslist op WIA-aanvraag. UWV moet binnen vier maanden een besluit nemen en krijgt een dwangsom opgelegd van € 100,- per dag bij overschrijding.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat Dienst Toeslagen € 453,50 aan proceskosten moet vergoeden aan verzoekster, die beroep had ingesteld wegens te late beslissing op haar verzoek om herbeoordeling van kinderopvangtoeslag.

De rechtbank oordeelt dat het college van Vlissingen € 453,50 aan proceskosten moet vergoeden aan verzoekster na intrekking van haar beroep tegen niet tijdig beslissen.

Rechtbank oordeelt dat UWV niet tijdig heeft beslist op WIA-aanvraag. Bepaalt termijn van vier maanden voor besluit en legt dwangsom op van € 100,- per dag.

De rechtbank oordeelt dat het UWV niet tijdig heeft beslist op de aanvraag van eiseres voor herbeoordeling van arbeidsgeschiktheid, en legt een termijn van vier maanden op voor een nieuw besluit.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat het UWV niet tijdig heeft beslist op bezwaar tegen stopzetting uitkering Ziektewet. Dwangsom van € 100,- per dag opgelegd, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres krijgt proceskostenvergoeding van € 453,50.

De rechtbank oordeelt dat het UWV niet tijdig heeft beslist op de aanvraag van eiseres voor herbeoordeling arbeidsongeschiktheid, en legt een dwangsom op van € 100,- per dag met een maximum van € 15.000,-.

Rechtbank oordeelt dat UWV niet tijdig heeft beslist op aanvraag herbeoordeling arbeidsongeschiktheid. Eiseres krijgt gelijk en UWV moet binnen vier maanden een besluit nemen en een dwangsom betalen.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond, omdat de brief van de minister geen besluit is en eiser geen recht heeft op een dwangsom.

De rechtbank vernietigt de afwijzing van het informatieverzoek van eiser aan de minister van Financiën, omdat deze niet op het verzoek heeft beslist. De minister moet binnen zes weken een nieuw besluit nemen.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser niet-ontvankelijk wegens niet-betaling van het griffierecht.

De rechtbank verklaart het beroep van eisers niet-ontvankelijk wegens niet-betaling van griffierecht.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat het UWV de beslistermijn op bezwaar heeft overschreden en legt een dwangsom op. Eiseres krijgt vergoeding van griffierecht en proceskosten.

De rechtbank oordeelt dat het UWV niet tijdig heeft beslist op de aanvraag van eiseres tot herbeoordeling, en legt een dwangsom op van € 100,- per dag met een maximum van € 15.000,-.

Rechtbank oordeelt dat UWV niet tijdig heeft beslist op aanvraag herbeoordeling arbeidsongeschiktheid. Beroep is gegrond, UWV moet binnen vier maanden beslissen en krijgt een dwangsom opgelegd.

De rechtbank oordeelt dat het UWV niet tijdig heeft beslist op het bezwaar van eiseres tegen de stopzetting van haar Ziektewet-uitkering en legt een dwangsom op van € 100,- per dag, met een maximum van € 15.000,-.

De rechtbank oordeelt dat het UWV de beslistermijn voor een WIA-uitkering heeft overschreden en legt een dwangsom op van € 100,- per dag, met een maximum van € 15.000,-.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant verklaart beroep ongegrond tegen naheffingsaanslag parkeerbelasting; belanghebbende had niet correct betaald.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond en bevestigt de afwijzing van haar aanvraag voor een hoog persoonlijk kilometerbudget door Argonaut.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond, omdat de aanvraag voor vergoeding van leerlingenvervoer op goede gronden is afgewezen door het college van Goirle.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat UWV niet tijdig heeft beslist op aanvraag herbeoordeling arbeidsongeschiktheid. UWV krijgt vier maanden om alsnog te beslissen en moet dwangsom betalen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat het beroep tegen aanslag leges ontvankelijk is en vernietigt de uitspraak op bezwaar, handhaaft de aanslag leges en bepaalt vergoeding griffierecht.

De rechtbank verklaart het beroep van de belanghebbende tegen de aanslag leges ongegrond, omdat de aanslag terecht is opgelegd op basis van de ingediende aanvraag voor een omgevingsvergunning.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant vernietigt de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar inzake de WOZ-waarde van een transformator en oordeelt dat de objectafbakening onjuist is.

De rechtbank vernietigt de uitspraak op bezwaar van de invorderingsambtenaar inzake een naheffingsaanslag parkeerbelasting, oordeelt dat het dwangbevel onterecht is opgelegd en draagt de heffingsambtenaar op een nieuw besluit te nemen.

Rechtbank vernietigt naheffingsaanslag parkeerbelasting en kent proceskostenvergoeding toe aan belanghebbende.

Rechtbank vernietigt niet-ontvankelijk verklaring bezwaar naheffingsaanslag parkeerbelasting; beroep gegrond.

De rechtbank oordeelt dat de minister niet tijdig heeft beslist op een verzoek van eiser op grond van de Wet open overheid. Eiser krijgt gelijk en de minister moet binnen twee weken een besluit nemen en een dwangsom van € 250,- per dag betalen, met een maximum van € 37.500,-.

De rechtbank oordeelt dat de Staatssecretaris van Financiën niet tijdig heeft beslist op het bezwaarschrift van eiser en legt een beslistermijn van zes weken op, met een dwangsom van € 100,- per dag voor overschrijding.

De rechtbank oordeelt dat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zundert niet tijdig heeft beslist op het bezwaarschrift van eiser en legt een dwangsom op.

De rechtbank oordeelt dat de omgevingsvergunning voor de bouw van een stal voor vleesvarkens terecht is verleend. Eiseressen zijn niet-ontvankelijk of hun beroep is ongegrond.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af en verlengt de begunstigingstermijn tot 24 oktober 2025 om 10.00 uur.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de Staatssecretaris van Financiën niet tijdig heeft beslist op het verzoek van eiser op grond van de Wet open overheid. Eiser krijgt gelijk en er wordt een dwangsom opgelegd.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de Staatssecretaris van Financiën niet tijdig heeft beslist op het bezwaarschrift van eiser. Beroep is gegrond, met dwangsom en vergoeding van griffierecht.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser tegen de staatssecretaris niet-ontvankelijk, omdat de beslistermijn niet is overschreden.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant verklaart het beroep van eiser tegen de Staatssecretaris van Financiën niet-ontvankelijk, omdat er na het instellen van het beroep alsnog een besluit is genomen.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser tegen de Staatssecretaris van Financiën niet-ontvankelijk, omdat het besluit na het instellen van het beroep is genomen. De staatssecretaris moet het griffierecht vergoeden.

De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris niet tijdig heeft beslist op het Woo-verzoek van eiser en legt een beslistermijn van zes weken op, met een dwangsom van € 100,- per dag bij overschrijding.

De rechtbank oordeelt dat de Staatssecretaris van Financiën niet tijdig heeft beslist op het bezwaar van eiser. Het beroep is gegrond en er wordt een dwangsom opgelegd van € 100,- per dag bij overschrijding van de beslistermijn.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser tegen de Staatssecretaris van Financiën niet-ontvankelijk en bepaalt dat het griffierecht van € 194,- aan eiser moet worden vergoed.