Uitspraak
1.De processtukken
- de conclusie van antwoord van [gedaagde] met bijlagen;
- de conclusie van repliek van [eiser] met één bijlage;
- de conclusie van dupliek van [gedaagde].
2.De zaak in het kort
3.De beoordeling
vergoedingen, betalingen, giften,leningen” en dat de contacten tussen [gedaagde] en [eiser] hebben geleid tot “leningen” aan [gedaagde]. [gedaagde] erkent dus zelf ook dat er sprake is van geldleningen.
“en mocht ik al van je aanbod gebruik willen maken wil ik het op papier en alles terug”en “op 18 mei 2022:
“Hoe wil je het doen met die € 640,- Teken ik iets digitaals of..”.Ook blijkt uit deze bijlagen dat de eerste betaling aan [gedaagde] is gedaan via een tikkie dat [gedaagde] zelf
“Lening zie overeenkomst [naam]”heeft genoemd.
- € 1440,- (rest derde overeenkomst) vanaf 12 september 2023;
- € 750,- (vierde overeenkomst) vanaf 3 oktober 2023;
- € 500,- (vijfde overeenkomst) vanaf 20 oktober 2023;
- € 7.500,- (zesde overeenkomst) vanaf 27 december 2023,
ontvangstvan die aanmaning. Dit is volgens de Hoge Raad wel vereist [6] . Aangezien het hier echter om een e-mail gaat, waarvan in dit geval vaststaat dat [gedaagde] deze op dezelfde dag als de verzending heeft ontvangen, voldoet de genoemde betaaltermijn van “16 dagen na vandaag” in dit geval wel.
4.De beslissing
- € 1440,- (rest derde overeenkomst) vanaf 12 september 2023;
- € 750,- (vierde overeenkomst) vanaf 3 oktober 2023;
- € 500,- (vijfde overeenkomst) vanaf 20 oktober 2023;
- € 7.500,- (zesde overeenkomst) vanaf 27 december 2023;
- (de buitengerechtelijke incassokosten ter hoogte van) € 876,90 vanaf 15 augustus 2024,