ECLI:NL:RVS:2001:AB3091
Raad van State
- Vereenvoudigde behandeling
- J.A.E. van der Does
- J.H. Roelfsema
- Rechtspraak.nl
Verzoek om herziening van uitspraak in hoger beroep wegens onredelijke termijn
In deze zaak gaat het om een verzoek tot herziening van een eerder uitgesproken uitspraak in hoger beroep door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het verzoek is ingediend door verzoekers A en A-B, wonend te C, vijf maanden na de oorspronkelijke uitspraak van 18 januari 2001. De Afdeling heeft vastgesteld dat het verzoek onredelijk laat is ingediend, aangezien er geen bijzondere omstandigheden zijn gesteld of gebleken die deze vertraging zouden rechtvaardigen. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 6:12 van de Algemene wet bestuursrecht, dat bepaalt dat een bezwaar of beroep dat niet aan een termijn is gebonden, niet-ontvankelijk kan worden verklaard indien het onredelijk laat is ingediend. De Afdeling heeft het verzoek dan ook kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan in naam der Koningin en is openbaar uitgesproken op 26 juli 2001.