ECLI:NL:RVS:2007:BA3773
Raad van State
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Ch.W. Mouton
- P.A. Melse
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen vergunning voor detailhandel en vuurwerkopslag niet-ontvankelijk verklaard
In deze zaak heeft de Raad van State op 25 april 2007 uitspraak gedaan over een beroep dat was ingesteld door een appellant tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Zaanstad. Dit besluit, genomen op 23 juni 2006, verleende een vergunning aan [vergunninghouder] voor het oprichten en in werking hebben van een inrichting in [plaats], die bestond uit een detailhandel in groente en fruit en een vuurwerkopslag en -verkoopruimte. De vergunning werd op 29 juni 2006 ter inzage gelegd. De appellant, wonend te [woonplaats], heeft op 25 juli 2006 beroep ingesteld tegen dit besluit, omdat hij meende dat de vergunning negatieve milieugevolgen voor hem met zich meebracht.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de zaak op 21 maart 2007 ter zitting behandeld. De appellant was in persoon aanwezig, terwijl de verweerder werd vertegenwoordigd door mr. C. Niessen-Kruiswijk en P. Laan, ambtenaren van de gemeente. Ook [vergunninghouder] was als partij gehoord. De Afdeling heeft overwogen dat, volgens artikel 20.1 van de Wet milieubeheer, alleen belanghebbenden beroep kunnen instellen tegen een besluit. Volgens de Algemene wet bestuursrecht wordt onder belanghebbende verstaan degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken.
De Afdeling heeft vastgesteld dat de afstand van de woning van de appellant tot de inrichting ongeveer 380 meter bedraagt. Gezien het deskundigenbericht en de afstand tot de inrichting, concludeerde de Afdeling dat de appellant geen milieugevolgen van de inrichting kan ondervinden. Het belang dat de appellant meende te hebben, namelijk het parkeren op een nabijgelegen parkeerterrein, werd niet als een persoonlijk belang beschouwd dat hem onderscheidde van anderen. Daarom werd de appellant niet als belanghebbende aangemerkt en was zijn beroep niet-ontvankelijk. De Raad van State heeft in naam der Koningin beslist dat het beroep niet-ontvankelijk is verklaard, en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.