ECLI:NL:RVS:2010:BN6195

Raad van State

Datum uitspraak
1 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201008569/2/H2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • W.G. Bijloos
  • Wieland
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schorsing van kapvergunning voor lindebomen in Dedemsvaart

Op 1 juni 2010 verleende het college van burgemeester en wethouders van Hardenberg een kapvergunning voor het kappen van dertien lindebomen in de Julianastraat te Dedemsvaart. Deze beslissing werd aangevochten door [verzoeker] en anderen, die op 1 september 2010 een beroep deden op de voorzieningenrechter van de rechtbank Zwolle-Lelystad. De voorzieningenrechter verklaarde het beroep ongegrond, waarop [verzoeker] en anderen hoger beroep instelden bij de Raad van State en verzochten om een voorlopige voorziening.

Op 1 september 2010 deed de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State mondeling uitspraak. De voorzitter besloot de kapvergunning te schorsen, omdat de gemeente al was begonnen met het kappen van de bomen en de voorzitter vreesde dat het hoger beroep anders illusoir zou worden. De voorzitter oordeelde dat er een spoedeisend belang was bij het treffen van de voorlopige voorziening, gezien de situatie waarin de gemeente niet bereid was te wachten op de beslissing van de voorzitter.

De voorzitter gaf aan dat het verzoek om schorsing van de kapvergunning op korte termijn ter zitting zou worden behandeld, waarbij de vraag aan de orde zou komen of de schorsing gehandhaafd moest blijven. Er werd geen proceskostenvergoeding toegewezen, omdat er geen kosten waren die voor vergoeding in aanmerking kwamen.

Uitspraak

201008569/2/H2.
Datum uitspraak: 1 september 2010
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht), met toepassing van artikel 8:83, vierde lid, van die wet, op het hoger beroep van:
[verzoeker] en anderen, wonend te [woonplaats], gemeente Hardenberg,
verzoeker,
tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 1 september 2010 in zaak nrs. 10/1129 en 10/1130 in het geding tussen:
[verzoeker] en anderen
en
het college van burgemeester en wethouders van Hardenberg.
Procesverloop
Bij besluit van 1 juni 2010 heeft het college aan de gemeente Hardenberg een kapvergunning verleend voor het kappen van dertien lindebomen in de Julianastraat te Dedemsvaart.
Bij uitspraak van 1 september 2010, verzonden op dezelfde dag, heeft de voorzieningenrechter het daartegen door [verzoeker] en anderen ingestelde beroep, voor zover hier van belang, ongegrond verklaard.
Tegen deze uitspraak hebben [verzoeker] en anderen bij brief, bij de Raad van State binnengekomen op 1 september 2010, hoger beroep ingesteld. Voorts hebben zij de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Bij mondelinge uitspraak van 1 september 2010 heeft de voorzitter bij wijze van voorlopige voorziening de voorziening getroffen dat de bij besluit van 1 juni 2010 verleende kapvergunning wordt geschorst.
Daartoe overweegt de voorzitter het volgende.
De voorzitter doet uitspraak zonder zitting met toepassing van artikel 8:83, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht, nu de gemeente met de uitspraak van de rechtbank bevoegd is de dertien lindebomen waarvoor bij besluit van 1 juni 2010 een kapvergunning is verleend te vellen en desgevraagd telefonisch te kennen heeft gegeven niet bereid te zijn daarmee te wachten totdat de voorzitter op het verzoek van [verzoeker] en anderen heeft beslist. Gelet hierop, alsmede in aanmerking genomen dat reeds een begin is gemaakt met het kappen van de dertien lindebomen en derhalve het hoger beroep zonder dat de verzochte voorziening wordt getroffen bij voortzetting van de kap illusoir zal worden, komt het verzoek voor toewijzing in aanmerking. Daartoe wordt mede in aanmerking genomen dat de voorzitter op korte termijn het verzoek ter zitting aan de orde zal stellen en zal bezien of de schorsing van de kapvergunning gehandhaafd moet worden.
Van proceskosten die voor vergoeding in aanmerking komen is niet gebleken.
w.g. Bijloos w.g. Wieland
voorzitter ambtenaar van Staat
502.