ECLI:NL:RVS:2019:1517
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- N. Verheij
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot niet in behandeling nemen aanvraag verblijfsvergunning
Op 9 mei 2019 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin een vreemdeling verzocht om een voorlopige voorziening. De vreemdeling had eerder een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 27 maart 2019 niet in behandeling was genomen. De rechtbank Den Haag had op 8 mei 2019 het beroep van de vreemdeling tegen deze beslissing niet-ontvankelijk verklaard, waarna de vreemdeling hoger beroep instelde en tevens verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft overwogen dat, gezien de omstandigheden en eerdere uitspraken, het verzoek van de vreemdeling voor toewijzing in aanmerking komt. De voorzieningenrechter heeft bepaald dat de vreemdeling niet mag worden overgedragen totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. Daarnaast is de staatssecretaris veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die zijn ontstaan in verband met de behandeling van het verzoek. De totale kosten zijn vastgesteld op € 512,00, welke geheel zijn toe te rekenen aan beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
Deze uitspraak benadrukt het belang van rechtsbescherming voor vreemdelingen in asielprocedures en de zorgvuldigheid die in acht moet worden genomen bij beslissingen over hun verblijf.