ECLI:NL:RVS:2021:2868

Raad van State

Datum uitspraak
15 december 2021
Publicatiedatum
20 december 2021
Zaaknummer
202103322/4/R1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Wraking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wraking van staatsraad in bestuursrechtelijke procedure

Op 15 december 2021 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een verzoek tot wraking behandeld dat was ingediend door [verzoeker]. Het verzoek was gericht tegen staatsraad mr. E. Helder, die als voorzitter van de Afdeling belast was met de behandeling van een andere zaak (nr. 202103322/1/R1). Tijdens de zitting heeft [verzoeker] aangevoerd dat staatsraad Helder vooringenomen was, omdat hij in een eerdere brief van 30 september 2021 al een standpunt had ingenomen over een geschilpunt in de bodemprocedure. Dit geschilpunt betrof de vraag of de advocaat van het college van burgemeester en wethouders gemachtigd was om namens dat college op te treden en persoonsgegevens van [verzoeker] te verwerken.

De Afdeling heeft het wrakingsverzoek ter zitting behandeld, waarbij zowel [verzoeker], bijgestaan door mr. C. Jankie, als staatsraad Helder aanwezig waren. Na de behandeling van het verzoek heeft de Afdeling besloten het wrakingsverzoek af te wijzen. De Afdeling oordeelde dat er geen gerechtvaardigde vrees voor vooringenomenheid van staatsraad Helder bestond, aangezien hij had aangegeven dat hij de kwestie tijdens de zitting wilde bespreken en dat een definitief oordeel door de zittingskamer zou worden gegeven. De beslissing werd uitgesproken door mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen, voorzitter, en mr. A.W.M. Bijloos en mr. E.J. Daalder, leden, in tegenwoordigheid van griffier mr. N.D.T. Pieters.

Uitspraak

202103322/4/R1.
Datum beslissing: 15 december 2021
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge beslissing met overeenkomstige toepassing van artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op een verzoek van:
[verzoeker], wonend te [woonplaats],
verzoeker,
om toepassing van artikel 8:15 van de Awb.
Procesverloop
Tijdens de zitting op 15 december 2021 heeft [verzoeker] verzocht om wraking van staatsraad mr. E. Helder (hierna: de staatsraad) als voorzitter van de Afdeling belast met de behandeling van de zaak nr. 202103322/1/R1.
De staatsraad heeft niet in de wraking berust.
De Afdeling heeft het wrakingsverzoek ter zitting behandeld op 15 december 2021, waar [verzoeker], bijgestaan door mr. C. Jankie, rechtsbijstandverlener te Hoofddorp, en de staatsraad zijn verschenen.
Beslissing
Bij mondelinge beslissing van 15 december 2021 heeft de Afdeling het verzoek om wraking afgewezen.
Overwegingen
Daartoe heeft de Afdeling het volgende overwogen.
1.       Aan het verzoek om wraking heeft [verzoeker] ten grondslag gelegd dat de staatsraad vooringenomen is. Hij wijst er daarbij op dat de staatsraad in een brief van 30 september 2021 al een standpunt heeft ingenomen over de in deze zaak nog in geschil zijnde vraag of de advocaat van het college van burgemeester en wethouders gemachtigd is om namens dat college op te treden.
2.       In de bodemprocedure ligt de vraag voor of de advocaat van het college van burgemeester en wethouders gemachtigd is om namens dat college op te treden in die procedure en in die hoedanigheid persoonsgegevens van [verzoeker] te verwerken. Staatsraad Helder heeft hierover in de brief van 30 september een voorlopig standpunt ingenomen en daarbij aangegeven dat een definitief oordeel door de zittingskamer zal worden gegeven. Ter zitting heeft de staatsraad toegelicht dat hij deze vraag op de zitting aan de orde wilde stellen.
3.       Onder deze omstandigheden is van een gerechtvaardigde vrees voor vooringenomenheid van de staatsraad geen grond.
Aldus uitgesproken door mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen, voorzitter, en mr. A.W.M. Bijloos en mr. E.J. Daalder, leden, in tegenwoordigheid van mr. N.D.T. Pieters, griffier.
De voorzitter is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.
De griffier is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.
473