ECLI:NL:RVS:2022:1340
Raad van State
- A.W.M. Bijloos
- H. Oranje
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep van de Belastingdienst/Toeslagen inzake geheimhouding van gedingstukken in een bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Belastingdienst/Toeslagen hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 12 juli 2019, waarin de rechtbank heeft bepaald dat de Belastingdienst/Toeslagen het volledige dossier over een onderzoek bij een gastouderbureau aan de wederpartij moet verstrekken. De Belastingdienst/Toeslagen heeft vertrouwelijke versies van gedingstukken overgelegd en verzocht om geheimhouding op basis van artikel 8:29 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank had eerder bepaald dat de wederpartij recht had op het volledige dossier, maar de Belastingdienst/Toeslagen betwistte deze verplichting in hoger beroep.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in deze uitspraak geoordeeld dat de weigering van de Belastingdienst/Toeslagen om bepaalde stukken aan de wederpartij te verstrekken gerechtvaardigd kan zijn, mits dit in het belang van de procedure en de betrokken partijen is. De Belastingdienst/Toeslagen heeft gelakte versies van de stukken aan de wederpartij verstrekt, maar verzocht om alleen de Afdeling kennis te laten nemen van de ongelakte versies. De Afdeling heeft overwogen dat het verstrekken van de ongelakte stukken aan de wederpartij de bodemprocedure zou kunnen schaden en heeft het verzoek van de Belastingdienst/Toeslagen toegewezen.
De beslissing is genomen op 10 mei 2022 door de enkelvoudige geheimhoudingskamer van de Raad van State, waarbij de belangen van de betrokken partijen en het algemeen belang zorgvuldig zijn afgewogen. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging bij de kennisneming van vertrouwelijke informatie in bestuursrechtelijke procedures.