ECLI:NL:RVS:2022:1459
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot uitzetting en opvang van vreemdeling
Op 23 mei 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening van een vreemdeling. De vreemdeling had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke op 8 februari 2022 door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was afgewezen. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats Rotterdam, verklaarde op 26 april 2022 het beroep van de vreemdeling ongegrond. Hierop heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, zodat hij niet zou worden uitgezet voordat er op het hoger beroep was beslist.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen geconstateerd dat de vreemdeling een verzoek heeft ingediend om te voorkomen dat hij wordt uitgezet en om opvang en verstrekkingen te ontvangen. Gezien de omstandigheden heeft de voorzieningenrechter besloten om de voorlopige voorziening te treffen, waarbij de vreemdeling niet mag worden uitgezet totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. Tevens is de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die in dit geval € 759,00 bedragen, geheel toe te rekenen aan beroepsmatige rechtsbijstand.
De uitspraak is openbaar uitgesproken en de voorzieningenrechter was verhinderd om de uitspraak te ondertekenen, maar dit werd gedaan door de griffier, mr. E.L. Iedema. De uitspraak is een belangrijke stap in de rechtsgang van de vreemdeling, die nu de kans krijgt om zijn hoger beroep af te wachten zonder het risico van uitzetting.