ECLI:NL:RVS:2023:3022
Raad van State
- Hoger beroep
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep inzake aanvraag verblijfsvergunning asiel
Op 1 maart 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen. Op 4 april 2023 heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. A.A. Scholtmeijer, heeft vervolgens hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
Tijdens de procedure heeft de staatssecretaris de Afdeling laten weten dat de vreemdeling met onbekende bestemming is vertrokken. De gemachtigde van de vreemdeling is in de gelegenheid gesteld om zich hierover uit te laten, maar heeft geen contact met de vreemdeling kunnen bevestigen. De Afdeling concludeert hieruit dat de vreemdeling niet langer bescherming in Nederland zoekt en dat hij daarom geen belang heeft bij een beoordeling van het hoger beroep.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het hoger beroep vervolgens niet-ontvankelijk verklaard. De staatssecretaris is niet verplicht om de proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. H.G. Sevenster, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. L.S. van den Oosterkamp, griffier. De uitspraak is openbaar gedaan op 7 augustus 2023.