ECLI:NL:RVS:2023:4389

Raad van State

Datum uitspraak
28 november 2023
Publicatiedatum
28 november 2023
Zaaknummer
202300426/1/V1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • J.Th. Drop
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep van vreemdelingen tegen afwijzing uitkering door Centraal Orgaan opvang asielzoekers

Op 28 november 2023 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van twee vreemdelingen tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De vreemdelingen hadden aanvragen ingediend bij het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COa) voor een uitkering op basis van de Regeling verstrekkingen bepaalde categorieën vreemdelingen voor de periode van 26 januari 2022 tot en met 31 januari 2022. Deze aanvragen werden door het COa op 14 april 2022 afgewezen.

De rechtbank Den Haag verklaarde op 22 december 2022 het beroep van de vreemdelingen ongegrond, waarop zij hoger beroep instelden, vertegenwoordigd door hun advocaat mr. P.B. Weenink. In de uitspraak van de Raad van State werd geconcludeerd dat het hoger beroep niet leidt tot vernietiging van de eerdere uitspraak. De rechtbank had terecht en op goede gronden geoordeeld, en de Raad van State nam de motivering van de rechtbank over.

De Raad van State oordeelde dat het hogerberoepschrift geen vragen bevatte die in het belang van de rechtseenheid, rechtsontwikkeling of rechtsbescherming beantwoord moesten worden. Daarom werd het hoger beroep ongegrond verklaard en werd de uitspraak van de rechtbank bevestigd. Het COa werd niet verplicht om proceskosten te vergoeden. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.

Uitspraak

202300426/1/V1.
Datum uitspraak: 28 november 2023
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
[vreemdeling 1] en [vreemdeling 2],
appellanten,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Haarlem, van 22 december 2022 in zaak nr. 22/2943 in het geding tussen:
de vreemdelingen
en
het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (hierna: het COa).
Procesverloop
Bij besluiten van 14 april 2022 heeft het COa aanvragen van de vreemdelingen om hun krachtens de Regeling verstrekkingen bepaalde categorieën vreemdelingen voor de periode van 26 januari 2022 tot en met 31 januari 2022 een uitkering toe te kennen, afgewezen.
Bij uitspraak van 22 december 2022 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdelingen ingestelde beroep ongegrond verklaard.
Tegen deze uitspraak hebben de vreemdelingen, vertegenwoordigd door mr. P.B. Weenink, advocaat te Alkmaar, hoger beroep ingesteld.
Overwegingen
1.       Het hoger beroep leidt niet tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank. De rechtbank is namelijk terecht en op goede gronden tot haar oordeel gekomen. De Afdeling neemt de motivering onder 7 van de uitspraak van de rechtbank over.
1.1.    Dit oordeel hoeft niet verder te worden gemotiveerd. De reden daarvoor is dat het hogerberoepschrift geen vragen bevat die in het belang van de rechtseenheid, de rechtsontwikkeling of de rechtsbescherming in algemene zin beantwoord moeten worden (artikel 91, tweede lid, van de Vw 2000).
2.       Het hoger beroep is ongegrond. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd. Het COa hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
bevestigt de aangevallen uitspraak.
Aldus vastgesteld door mr. J.Th. Drop, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. A.K. de Keizer, griffier.
w.g. Drop
lid van de enkelvoudige kamer
w.g. De Keizer
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 28 november 2023
716-1034