ECLI:NL:RVS:2023:4488

Raad van State

Datum uitspraak
5 december 2023
Publicatiedatum
4 december 2023
Zaaknummer
202306598/1/V3.
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • H.G. Sevenster
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onbevoegdheid van de Raad van State in hoger beroep tegen vrijheidsbeperkende maatregel

Op 5 december 2023 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van een vreemdeling tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De vreemdeling had op 27 augustus 2023 een vrijheidsbeperkende maatregel opgelegd gekregen. De rechtbank Den Haag had op 18 oktober 2023 het beroep van de vreemdeling tegen dit besluit niet-ontvankelijk verklaard. De vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. S. Kalu-Mollema, heeft hiertegen hoger beroep ingesteld.

De Raad van State heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat het hoger beroep gericht is tegen een oordeel van de rechtbank over een vrijheidsbeperkende maatregel, waartegen volgens de wet geen hoger beroep kan worden ingesteld. De Afdeling heeft geconcludeerd dat er geen reden is om het hoger beroep toch in behandeling te nemen, aangezien het verbod op hoger beroep alleen kan worden doorbroken in gevallen waar geen eerlijk proces heeft plaatsgevonden, wat hier niet het geval was.

Daarom heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State zich onbevoegd verklaard om van het hoger beroep kennis te nemen. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 5 december 2023.

Uitspraak

202306598/1/V3.
Datum uitspraak: 5 december 2023
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
[de vreemdeling],
appellant,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen, van 18 oktober 2023 in zaak nr. NL23.30351 in het geding tussen:
de vreemdeling
en
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.
Procesverloop
Bij besluit van 27 augustus 2023 heeft de staatssecretaris de vreemdeling een vrijheidsbeperkende maatregel opgelegd.
Bij uitspraak van 18 oktober 2023 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep niet-ontvankelijk verklaard.
Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. S. Kalu-Mollema, advocaat te Zwolle, hoger beroep ingesteld.
Overwegingen
1.       Het hoger beroep is gericht tegen het oordeel van de rechtbank over een vrijheidsbeperkende maatregel (artikel 56 van de Vw 2000). Hiertegen kan geen hoger beroep worden ingesteld (artikel 84, aanhef en onder a, van de Vw 2000).
1.1.    Wat de vreemdeling aanvoert, is geen reden om het hoger beroep toch in behandeling te nemen. Het verbod op hoger beroep kan alleen worden doorbroken als er geen eerlijk proces is geweest. Dit doet zich hier niet voor.
2.       De Afdeling is onbevoegd van het hoger beroep kennis te nemen. De staatssecretaris hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
verklaart zich onbevoegd van het hoger beroep kennis te nemen.
Aldus vastgesteld door mr. H.G. Sevenster, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. M.W. Schippers, griffier.
w.g. Sevenster
lid van de enkelvoudige kamer
w.g. Schippers
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 5 december 2023
873-1017