ECLI:NL:RVS:2025:1989
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot verblijfsvergunning
Op 1 mei 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoeker, die een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd, in hoger beroep ging tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De rechtbank had op 7 april 2025 het beroep van verzoeker ongegrond verklaard, waarna verzoeker verzocht om een voorlopige voorziening. De minister van Asiel en Migratie had op 11 januari 2025 de aanvraag van verzoeker afgewezen. Verzoeker vroeg de voorzieningenrechter om te bepalen dat hij niet zou worden uitgezet totdat er op het hoger beroep was beslist en dat hij opvang en verstrekkingen zou ontvangen. De voorzieningenrechter heeft, gelet op de aangevoerde argumenten, besloten om de voorlopige voorziening te treffen. De minister werd ook veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van verzoeker, die op € 907,00 werden vastgesteld, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 1 mei 2025.