ECLI:NL:RVS:2025:2767

Raad van State

Datum uitspraak
23 juni 2025
Publicatiedatum
20 juni 2025
Zaaknummer
202502877/1/V3 en 202502877/2/V3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening+bodemzaak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep en verzoek om voorlopige voorziening inzake verblijfsvergunning asiel

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 23 juni 2025 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening en een hoger beroep van een appellant die een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd. De minister van Asiel en Migratie had op 23 januari 2025 besloten om deze aanvraag niet in behandeling te nemen. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats Zwolle, verklaarde op 14 mei 2025 het beroep van de appellant ongegrond. De appellant, vertegenwoordigd door mr. R.P.M. Ngasirin, heeft hiertegen hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter oordeelde dat het hoger beroep niet leidt tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank, omdat de appellant niet aannemelijk heeft gemaakt dat er bij zijn Dublinoverdracht aan Zweden niet kan worden uitgegaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel. Het hogerberoepschrift bevatte geen vragen die in het belang van de rechtseenheid, rechtsontwikkeling of rechtsbescherming beantwoord moesten worden. De voorzieningenrechter bevestigde de uitspraak van de rechtbank en wees het verzoek om voorlopige voorziening af. De minister hoeft geen proceskosten te vergoeden.

Uitspraak

202502877/1/V3 en 202502877/2/V3.
Datum uitspraak: 23 juni 2025
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) en, met toepassing van artikel 92 van de Vw 2000, op het hoger beroep van:
[appellant],
appellant,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Zwolle, van 14 mei 2025 in zaak nr. NL25.3400 in het geding tussen:
appellant
en
de minister van Asiel en Migratie.
Procesverloop
Bij besluit van 23 januari 2025 heeft de minister een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.
Bij uitspraak van 14 mei 2025 heeft de rechtbank het daartegen door appellant ingestelde beroep ongegrond verklaard.
Tegen deze uitspraak heeft appellant, vertegenwoordigd door mr. R.P.M. Ngasirin, advocaat in Arnhem, hoger beroep ingesteld. Ook heeft hij de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Overwegingen
1.       Het hoger beroep leidt niet tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank. De rechtbank is namelijk terecht tot het oordeel gekomen dat appellant niet aannemelijk heeft gemaakt dat bij zijn Dublinoverdracht aan Zweden niet kan worden uitgegaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel, vergelijk de uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling van 14 oktober 2024, ECLI:NL:RVS:2024:4133.
1.1.    Dit oordeel hoeft niet verder te worden gemotiveerd. De reden daarvoor is dat het hogerberoepschrift geen vragen bevat die in het belang van de rechtseenheid, de rechtsontwikkeling of de rechtsbescherming in algemene zin beantwoord moeten worden (artikel 91, tweede lid, van de Vw 2000).
2.       Het hoger beroep is ongegrond. De voorzieningenrechter van de Afdeling bevestigt de uitspraak van de rechtbank. Het verzoek om voorlopige voorziening wordt daarom afgewezen. De minister hoeft geen proceskosten te vergoeden.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I.        bevestigt de aangevallen uitspraak;
II.       wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. M.C. Stoové, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. R.H.L. Dallinga, griffier.
w.g. Stoové
voorzieningenrechter
w.g. Dallinga
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 23 juni 2025
18-1156