ECLI:NL:RVS:2025:3158
Raad van State
- Hoger beroep
- M.J.M. Ristra-Peeters
- J.R. Kraak
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen vrijheidsontnemende maatregel opgelegd door de minister van Asiel en Migratie
Op 8 april 2025 heeft de minister van Asiel en Migratie aan betrokkenen een vrijheidsontnemende maatregel opgelegd. Tegen deze maatregel hebben betrokkenen, vertegenwoordigd door mr. M.E. Muller, advocaat in Gouda, beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Amsterdam. De rechtbank heeft op 14 mei 2025 de beroepen gegrond verklaard, de opheffing van de vrijheidsontnemende maatregelen bevolen en schadevergoeding toegekend. De minister heeft hiertegen hoger beroep ingesteld.
In de uitspraak van 14 juli 2025 bevestigt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State de uitspraak van de rechtbank. Het hoger beroep leidt niet tot vernietiging van de eerdere uitspraak, omdat het hogerberoepschrift geen vragen bevat die in het belang van de rechtseenheid, de rechtsontwikkeling of de rechtsbescherming in algemene zin beantwoord moeten worden. De Afdeling oordeelt dat de grensdetentie niet onrechtmatig was vanaf een eerdere datum dan de rechtbank heeft geoordeeld.
De minister wordt veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten die zijn gemaakt in verband met het hoger beroep, tot een bedrag van € 907,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 14 juli 2025.