ECLI:NL:RVS:2025:4382
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot verblijfsvergunning
Op 15 september 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoeker, een asielzoeker, een voorlopige voorziening heeft gevraagd. De zaak betreft een besluit van de minister van Asiel en Migratie van 13 mei 2025, waarin de aanvraag van verzoeker om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling is genomen. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, heeft op 27 augustus 2025 het beroep van verzoeker tegen dit besluit ongegrond verklaard. Hierop heeft verzoeker hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De verzoeker heeft de voorzieningenrechter verzocht om te bepalen dat zij niet wordt overgedragen voordat er op het hoger beroep is beslist, en dat zij opvang en verstrekkingen ontvangt. De voorzieningenrechter heeft, gelet op de ingediende stukken en de omstandigheden van het geval, besloten om de voorlopige voorziening te treffen. Dit houdt in dat verzoeker niet mag worden overgedragen totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. Daarnaast is de minister van Asiel en Migratie veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van verzoeker, die zijn vastgesteld op € 907,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
De uitspraak is openbaar uitgesproken op 15 september 2025, en is vastgesteld door mr. M.C. Stoové, de voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. J.W. Prins, de griffier.