ECLI:NL:RVS:2025:5786

Raad van State

Datum uitspraak
28 november 2025
Publicatiedatum
26 november 2025
Zaaknummer
BRS.25.001679
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening+bodemzaak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening in asielzaak met inreisverbod

Op 28 november 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoeker, vertegenwoordigd door mr. A.S. Sewman, een voorlopige voorziening heeft gevraagd. Dit verzoek volgde op een besluit van de minister van Asiel en Migratie van 31 juli 2025, waarin de aanvraag van verzoeker voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd werd afgewezen en een inreisverbod werd uitgevaardigd. De rechtbank Den Haag had op 17 oktober 2025 het beroep van verzoeker tegen dit besluit ongegrond verklaard, waarna verzoeker in hoger beroep ging.

De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat verzoeker verzocht om niet te worden uitgezet totdat er op het hoger beroep is beslist en om opvang en verstrekkingen te ontvangen. Gezien de omstandigheden heeft de voorzieningenrechter besloten om de voorlopige voorziening te treffen, waarbij verzoeker niet mag worden uitgezet totdat er een uitspraak in het hoger beroep is gedaan. Tevens is de minister van Asiel en Migratie veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van verzoeker, die op € 907,00 zijn vastgesteld, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.

De uitspraak is openbaar uitgesproken op 28 november 2025, en de voorzieningenrechter heeft de beslissing ondertekend in aanwezigheid van de griffier, mr. E.E. Pronk.

Uitspraak

BRS.25.001679
Datum uitspraak: 28 november 2025
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht), met toepassing van artikel 8:83, derde lid, van die wet, hangende het hoger beroep van:
[verzoeker 1] en [verzoeker 2],
verzoeker,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen, van 17 oktober 2025 in zaak nr. NL25.36275 in het geding tussen:
[verzoeker 1] en [verzoeker 2]
en
de minister van Asiel en Migratie.
Procesverloop
Bij besluit van 31 juli 2025 heeft de minister een aanvraag van verzoeker om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen en een inreisverbod tegen haar uitgevaardigd.
Bij uitspraak van 17 oktober 2025 heeft de rechtbank het daartegen door verzoeker ingestelde beroep ongegrond verklaard.
Tegen deze uitspraak heeft verzoeker, vertegenwoordigd door mr. A.S. Sewman, advocaat in Lemmer, hoger beroep ingesteld. Ook heeft zij de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Overwegingen
1.        Verzoeker heeft de voorzieningenrechter verzocht om de voorlopige voorziening te treffen dat zij niet wordt uitgezet voordat op het hoger beroep is beslist en dat zij opvang en verstrekkingen krijgt.
2.        Gelet op wat is aangevoerd, treft de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening (uitspraak van de Afdeling van 20 februari 2019, ECLI:NL:RVS:2019:457).
3.        De minister moet de proceskosten vergoeden.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I.        bepaalt bij wijze van voorlopige voorziening dat verzoeker niet wordt uitgezet, totdat op het door haar ingestelde hoger beroep is beslist;
II.        veroordeelt de minister van Asiel en Migratie tot vergoeding van bij verzoeker in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 907,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
Aldus vastgesteld door mr. D.A. Verburg, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. E.E. Pronk, griffier.
w.g. Verburg
voorzieningenrechter
w.g. Pronk
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 28 november 2025
1028