ECLI:NL:RVS:2025:5786
Raad van State
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met inreisverbod
Op 28 november 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoeker, vertegenwoordigd door mr. A.S. Sewman, een voorlopige voorziening heeft gevraagd. Dit verzoek volgde op een besluit van de minister van Asiel en Migratie van 31 juli 2025, waarin de aanvraag van verzoeker voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd werd afgewezen en een inreisverbod werd uitgevaardigd. De rechtbank Den Haag had op 17 oktober 2025 het beroep van verzoeker tegen dit besluit ongegrond verklaard, waarna verzoeker in hoger beroep ging.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat verzoeker verzocht om niet te worden uitgezet totdat er op het hoger beroep is beslist en om opvang en verstrekkingen te ontvangen. Gezien de omstandigheden heeft de voorzieningenrechter besloten om de voorlopige voorziening te treffen, waarbij verzoeker niet mag worden uitgezet totdat er een uitspraak in het hoger beroep is gedaan. Tevens is de minister van Asiel en Migratie veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van verzoeker, die op € 907,00 zijn vastgesteld, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
De uitspraak is openbaar uitgesproken op 28 november 2025, en de voorzieningenrechter heeft de beslissing ondertekend in aanwezigheid van de griffier, mr. E.E. Pronk.