ECLI:NL:CBB:2007:BB4146
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste en enige aanleg
- H.C. Cusell
- H.A.B. van Dorst-Tatomir
- H.O. Kerkmeester
- Rechtspraak.nl
Intrekking KKM-erkenning van een melkveehouderij op basis van tekortkomingen in hygiëne en registratie
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 9 augustus 2007 uitspraak gedaan over de intrekking van de KKM-erkenning van appellante, een melkveehouderij, door de Stichting Keten Kwaliteit Melk (KKM). De intrekking was gebaseerd op geconstateerde tekortkomingen in de diergeneesmiddelenregistratie en hygiëne van het bedrijf. Appellante had eerder bezwaar gemaakt tegen een besluit van 15 december 2003, waarin werd besloten haar erkenning per 1 februari 2004 in te trekken. De Stichting KKM had vastgesteld dat de registratie van diergeneesmiddelen niet op orde was en dat er hygiënische tekortkomingen waren, zoals ongereinigde apparatuur en mestflatten in de mestgoot. Appellante heeft de tekortkomingen niet ontkend, maar stelde dat de intrekking onterecht was en dat er sprake was van willekeur in de beoordelingen.
Het College heeft de procedure en de eerdere besluiten van de Stichting KKM in overweging genomen. Het oordeelde dat de Stichting KKM op goede gronden had besloten tot intrekking van de erkenning, gezien de herhaalde tekortkomingen die bij eerdere controles waren vastgesteld. Appellante had geen procesbelang bij haar bezwaar, omdat de intrekking van de erkenning niet was geëffectueerd door de uitkomst van een herbeoordeling die had plaatsgevonden. Het College verklaarde het beroep van appellante ongegrond, en oordeelde dat er geen termen waren voor een proceskostenveroordeling of schadevergoeding.
De uitspraak benadrukt het belang van naleving van de hygiëne- en registratie-eisen voor melkveehouderijen en de rol van de erkenningsinstanties in het waarborgen van de kwaliteit van boerderijmelk. Het College bevestigde dat de besluiten van de Stichting KKM in overeenstemming waren met de geldende regelgeving en dat appellante voldoende op de hoogte was van de eisen waaraan zij moest voldoen.