ECLI:NL:CBB:2019:72
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag uitbetaling betalingsrechten GLB wegens te late indiening
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 19 februari 2019 uitspraak gedaan in het geschil tussen een appellant en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De appellant had een aanvraag ingediend voor uitbetaling van zijn betalingsrechten (basis- en vergroeningsbetaling) voor het jaar 2017 op basis van de Uitvoeringsregeling rechtstreekse betalingen GLB. De aanvraag werd echter afgewezen omdat deze te laat was ingediend. De appellant stelde dat zijn aanvraag tijdig was verzonden, maar dat er een probleem was opgetreden bij de digitale verzending. Het College overwoog dat de uiterste datum voor het indienen van de aanvraag 15 mei 2017 was en dat de aanvraag pas op 14 juni 2017 door de verweerder was ontvangen. De appellant had niet aannemelijk gemaakt dat de aanvraag op 11 mei 2017 daadwerkelijk was verzonden en ontvangen. Het College concludeerde dat er geen sprake was van overmacht en dat de aanvraag terecht was afgewezen. De belangenafweging die de appellant aanvoerde, werd niet gehonoreerd omdat de wetgeving geen ruimte bood voor een dergelijke afweging in dit geval. Het beroep van de appellant werd ongegrond verklaard en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.