ECLI:NL:CBB:2021:87
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Invordering van verbeurde dwangsom wegens niet voldoen aan informatieverzoek in het kader van kostprijsonderzoek geestelijke gezondheidszorg
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 26 januari 2021 uitspraak gedaan in het geschil tussen de Nederlandse Zorgautoriteit (verweerster) en een gezondheidszorgpsycholoog (appellant) over de invordering van een verbeurde dwangsom van € 5.000,-. De verbeurde dwangsom was opgelegd omdat appellant niet had voldaan aan een informatieverzoek van verweerster in het kader van een kostprijsonderzoek. Appellant had de gevraagde gegevens niet binnen de gestelde termijn aangeleverd en had ook geen ontheffing van de verplichting aangevraagd. Verweerster had appellant herhaaldelijk de gelegenheid gegeven om de gegevens te verstrekken, maar appellant weigerde dit uit principiële overwegingen. Het College oordeelde dat verweerster bevoegd was om de dwangsom te innen en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die aanleiding gaven om van invordering af te zien. De argumenten van appellant, waaronder de financiële gevolgen van de invordering en de stelling dat de gegevens niet meer relevant waren, werden door het College verworpen. Het College benadrukte het belang van handhaving en de noodzaak om opgelegde sancties te effectueren. De uitspraak bevestigt dat de verplichting om gegevens te verstrekken niet afhankelijk is van de bereidheid van de zorgaanbieder om mee te werken aan het onderzoek.