ECLI:NL:CBB:2022:742
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Tegemoetkoming land- en tuinbouwondernemers COVID-19 en terugvordering voorschot
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 8 november 2022 uitspraak gedaan in het geschil tussen een appellant, vertegenwoordigd door mr. drs. P.J. Kooiman, en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De zaak betreft de Regeling tegemoetkoming land- en tuinbouwondernemers COVID-19 (TLTO). De minister had bij besluit van 8 december 2020 de tegemoetkoming vastgesteld op nihil en het betaalde voorschot van € 16.241,40 teruggevorderd. Het bezwaar van de appellant werd ongegrond verklaard, waarna de appellant beroep instelde.
Tijdens de zittingen op 28 februari en 22 september 2022 werd de zaak behandeld. De appellant stelde dat er sprake was van een uitbreiding van het teeltoppervlak met minimaal 10%, wat hem recht zou geven op een tegemoetkoming. Het College oordeelde echter dat de appellant niet voldoende bewijs had geleverd om aan te tonen dat het teeltoppervlak daadwerkelijk was uitgebreid. De door de appellant aangevoerde gegevens over aangeschafte prikbakken en tunnels werden als onvoldoende beschouwd, en het College concludeerde dat de appellant niet aannemelijk had gemaakt dat hij in aanmerking kwam voor de tegemoetkoming.
De slotsom was dat het beroep van de appellant ongegrond werd verklaard en dat de terugvordering van het voorschot niet gemotiveerd was bestreden. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, en de proceskosten werden niet vergoed.