ECLI:NL:CBB:2023:269

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
15 mei 2023
Publicatiedatum
31 mei 2023
Zaaknummer
23/680 t/m 23/682, 23/684 t/m 23/696, 22/916, 22/2586 en 23/606
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Wraking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wraking verzoek niet in behandeling genomen door College van Beroep voor het bedrijfsleven

Op 15 mei 2023 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven uitspraak gedaan op een wrakingsverzoek van een verzoeker, die zich had gewend tot het College in verband met de behandeling van verschillende zaken. Het wrakingsverzoek was ingediend op 22 april 2023, voorafgaand aan de zitting van 25 april 2023, waarop de zaken met de nummers 23/680 t/m 23/682, 23/684 t/m 23/696, 22/916, 22/2586 en 23/606 geagendeerd stonden. De verzoeker stelde dat hij zich niet kon vinden in de manier waarop zijn klachten door het College werden behandeld en dat de behandeling van de aanhangige zaken pas zou moeten plaatsvinden na een gedegen behandeling van zijn klachten.

De wrakingskamer heeft echter geoordeeld dat het verzoek niet in behandeling kon worden genomen. Dit was gebaseerd op artikel 3, vierde lid, aanhef en onder c en f, van de Wrakings- en verschoningsregeling bestuursrechterlijke colleges 2022, waarin staat dat een verzoek om wraking niet in behandeling kan worden genomen als het geen betrekking heeft op een lid van het college dat de zaak behandelt. De verzoeker had geen feiten of omstandigheden aangevoerd die de rechterlijke onpartijdigheid van de behandelend rechter in gevaar zouden kunnen brengen. Bovendien had de verzoeker de naam van de behandelend rechter niet vermeld in zijn verzoek.

De behandeling van de zaken zal plaatsvinden op 14 juni 2023 door mr. T. Pavićević als lid van de enkelvoudige kamer van het College. Tegen de beslissing van de wrakingskamer staat geen rechtsmiddel open.

Uitspraak

beslissing

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummers: 23/680 t/m 23/682, 23/684 t/m 23/696, 22/916, 22/2586 en 23/606

beslissing op het wrakingsverzoek van

[naam] , te [plaats] , verzoeker.

Procesverloop

Bij brief van 22 april 2023 heeft verzoeker een verzoek gedaan tot wraking met betrekking tot de zitting van 25 april 2023 waarop de zaken met nummers 23/680 t/m 23/682, 23/684 t/m 23/696, 22/916, 22/2586 en 23/606 staan geagendeerd.

Overwegingen

1. In artikel 3, vierde lid, aanhef en onder c en f, van de Wrakings- en verschoningsregeling bestuursrechterlijke colleges 2022 is bepaald dat de wrakingskamer zonder daartoe een zitting te houden, kan beslissen een verzoek om wraking niet in behandeling te nemen indien het geen betrekking heeft op een met de behandeling van de zaak belast lid van het college, en indien het niet is gemotiveerd.
2. De wrakingskamer van het College zal het wrakingsverzoek niet in behandeling nemen. Voor de motivering van zijn wrakingsverzoek heeft verzoeker verwezen naar zijn brief van eveneens 22 april 2023 aan het bestuur van het College. Daarin heeft verzoeker aan het bestuur meegedeeld dat hij zich tot de Nationale Ombudsman heeft gewend, omdat hij het niet eens is met de manier waarop zijn klachten zijn of worden behandeld. Verder is hij van mening dat de zaken die bij het College aanhangig zijn pas op een zitting kunnen worden behandeld nadat een gedegen behandeling van zijn klachten heeft plaatsgevonden. Niets in wat verzoeker heeft aangevoerd om zijn verzoek toe te lichten, heeft betrekking op de rechter die als lid van de enkelvoudige kamer van het College de hierboven genoemde zaken behandelt. Verzoeker heeft de naam van de behandelend rechter ook niet vermeld in zijn verzoek. Bovendien houdt dat wat verzoeker heeft aangevoerd geen feiten en omstandigheden in waardoor de rechterlijke onpartijdigheid van deze rechter schade zou kunnen lijden. Wat verzoeker aanvoert ziet met name op de zaaksbehandeling door andere rechters, de planning van zaken ter zitting en de klachtbehandeling door het bestuur.
3. Het wrakingsverzoek wordt derhalve niet behandeld. De behandeling van de zaken met nummers 23/680 t/m 23/682, 23/684 t/m 23/696, 22/916, 22/2586 en 23/606 door
mr. T. Pavićević als lid van de enkelvoudige kamer van het College zal plaatsvinden op
14 juni 2023.

Beslissing

Het College neemt het wrakingsverzoek van 22 april 2023 niet in behandeling.
Aldus genomen door mr. M.M. Smorenburg, mr. J.L. Verbeek en mr. A. Venekamp, in aanwezigheid van mr. C.G.M. van Ede, griffier, op 15 mei 2023.
w.g. M.M. Smorenburg w.g. C.G.M. van Ede
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.