ECLI:NL:CBB:2025:374

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
15 juli 2025
Publicatiedatum
14 juli 2025
Zaaknummer
22/2050 H
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rectificatie van de uitspraak inzake subsidie vaste lasten financiering COVID-19

Op 15 juli 2025 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven een hersteluitspraak gedaan in de zaak tussen VOF [naam 1] en haar vennoten [naam 2] en [naam 3], te [woonplaats], en de minister van Economische Zaken. De uitspraak betreft een rectificatie van een eerdere uitspraak van 10 juni 2025 (ECLI:NL:CBB:2025:332), waarin een omissie werd vastgesteld. De gemachtigde van de onderneming, mr. P. van Veen, meldde dat de initialen van de gemachtigde onjuist waren vermeld en dat de achternamen niet op alfabetische volgorde waren genoteerd. Het College heeft besloten om deze omissie te rectificeren zonder het voornemen daartoe aan de minister voor te leggen.

In de hersteluitspraak heeft het College de eerdere uitspraak aangepast en een hersteld exemplaar van de oorspronkelijke uitspraak gehecht. Deze hersteluitspraak en de herstelde uitspraak zullen worden gepubliceerd op de website van de rechtspraak. De beslissing is openbaar uitgesproken op 15 juli 2025 door mr. W.J.A.M. van Brussel, in aanwezigheid van griffier mr. M. Ettema. De rechter was verhinderd om de uitspraak mede te ondertekenen.

Uitspraak

uitspraak

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummer: 22/2050 H
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 15 juli 2025 tot herstel van de uitspraak in de zaak tussen
VOF [naam 1] en haar vennoten [naam 2] en [naam 3], te [woonplaats] (tezamen te noemen: onderneming)
(gemachtigden: mr. E.F.V. Boot en mr. D.C.H. van Veen)
en

de minister van Economische Zaken

(gemachtigde: mr. P. van Veen)
en

de Staat der Nederlanden (de minister van Justitie en Veiligheid)

Procesverloop

De gemachtigde van de onderneming heeft gemeld dat de uitspraak van 10 juni 2025 (uitspraak, ECLI:NL:CBB:2025:332) een omissie bevat.

Overwegingen

1. Het College stelt vast dat de uitspraak een omissie bevat, omdat de initialen van de gemachtigde onjuist zijn vermeld in de uitspraak. Daarnaast heeft het College geconstateerd dat de achternamen niet op alfabetische zijn genoteerd. Gelet op de aard van de omissie heeft het College ervoor gekozen om de uitspraak te rectificeren zonder het voornemen daartoe aan de minister voor te leggen.
2 Het College wijzigt de uitspraak van 10 juni 2025 als volgt:
VOF [naam 1] en haar vennoten [naam 2] en [naam 3], te [woonplaats] (tezamen te noemen: onderneming)
(gemachtigden: mr. E.F.V. Boot en mr. D.C.H. van Veen)
3 Aan deze hersteluitspraak is een hersteld exemplaar van de oorspronkelijke uitspraak gehecht. Deze hersteluitspraak en de herstelde uitspraak zullen worden gepubliceerd op www.rechtspraak.nl.

Beslissing

Het College rectificeert zijn uitspraak van 10 juni 2025 overeenkomstig de overwegingen.
Deze uitspraak is gedaan door mr. W.J.A.M. van Brussel, in aanwezigheid van mr. M. Ettema, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 15 juli 2025.
w.g. W.J.A.M. van Brussel w.g. M. Ettema
De rechter is verhinderd deze uitspraak mede te ondertekenen.