ECLI:NL:CRVB:2008:BE9807
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Beuker-Tilstra
- M.C. Bruning
- A.A.M. Mollee
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het verzetschrift wegens termijnoverschrijding
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 28 augustus 2008 uitspraak gedaan over de niet-ontvankelijkheid van een verzetschrift dat door appellant was ingediend. Het verzetschrift was ingediend tegen een eerdere uitspraak van de Raad, waarin het beroep van appellant tegen een besluit van de Raadskamer WUV van de Pensioen- en Uitkeringsraad niet-ontvankelijk was verklaard. De uitspraak van de Raad was op 21 december 2007 aan appellant verzonden, waardoor de verzetstermijn op 1 februari 2008 eindigde. Appellant heeft het verzetschrift echter pas op 11 februari 2008 ingediend, wat betekent dat het te laat was.
De Raad heeft vastgesteld dat er geen redenen waren die een verontschuldiging voor de termijnoverschrijding konden vormen. Appellant had geen argumenten aangedragen die konden leiden tot de conclusie dat hij niet in verzuim was geweest. De enkele vermelding van een vergissing aan de zijde van appellant was onvoldoende om de termijnoverschrijding te rechtvaardigen. De Raad heeft daarom besloten dat het verzet niet-ontvankelijk verklaard moest worden, en de eerdere uitspraak bleef in stand.
De beslissing werd genomen door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee leden, en werd in het openbaar uitgesproken. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.