ECLI:NL:CRVB:2014:1751
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.H.M. Roelofs
- F. Hoogendijk
- G.M.G. Hink
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor de kosten van de aanschaf van een eethoek
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 20 mei 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam. De zaak betreft de afwijzing van een aanvraag voor bijzondere bijstand door appellante voor de kosten van de aanschaf van een eethoek. Appellante ontvangt sinds 12 april 1999 bijstand op basis van de Wet werk en bijstand (WWB) en heeft op 25 oktober 2010 een aanvraag ingediend voor de kosten van een eethoek. Het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam heeft deze aanvraag afgewezen, stellende dat de kosten tot de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan behoren en dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die recht geven op bijzondere bijstand. De rechtbank heeft het beroep van appellante tegen deze afwijzing ongegrond verklaard.
In hoger beroep heeft appellante betoogd dat zij door haar financiële situatie, mede veroorzaakt door schulden, niet in staat was om te reserveren voor de kosten van de eethoek. De Raad heeft echter geoordeeld dat appellante wist of behoorde te weten dat zij moest reserveren voor deze kosten. De Raad heeft verder vastgesteld dat het ontbreken van reserveringsruimte door schulden geen bijzondere omstandigheid is in de zin van artikel 35, eerste lid, van de WWB. De Raad heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigd, omdat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat haar schulden te herleiden zijn tot de periode waarin haar bijstand ten onrechte was ingetrokken. De Raad heeft geconcludeerd dat het hoger beroep niet slaagt en dat er geen aanleiding is voor een veroordeling in de proceskosten.