ECLI:NL:CRVB:2014:2642
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake sociale zekerheid
Op 5 augustus 2014 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan op het verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 22 maart 2012. Het verzoeker, die niet verschenen was op de zitting van 24 juni 2014, vroeg om herziening op basis van nieuwe feiten en omstandigheden die volgens hem waren ontstaan uit lopende procedures. Het college van burgemeester en wethouders van Medemblik, vertegenwoordigd door mr. J.M.M. Vriend, heeft een verweerschrift ingediend. De Raad overwoog dat herziening alleen mogelijk is op basis van feiten die vóór de oorspronkelijke uitspraak niet bekend waren en die, indien ze eerder bekend waren geweest, tot een andere uitspraak zouden hebben geleid.
De Raad concludeerde dat verzoeker geen nieuwe feiten of omstandigheden had ingebracht die aan deze voorwaarden voldeden. De verwijzing naar andere beroepszaken was niet voldoende om de herziening te rechtvaardigen. De Raad benadrukte dat het rechtsmiddel van herziening niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de zaak of de juistheid van de eerdere uitspraak. Daarom werd het verzoek om herziening afgewezen.
De uitspraak werd gedaan door A.B.J. van der Ham, in tegenwoordigheid van griffier A.C. Oomkens, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum. Er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.