ECLI:NL:CRVB:2014:3006
Centrale Raad van Beroep
- Tussenuitspraak bestuurlijke lus
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over de weigering van een WW-uitkering aan een alleenstaande moeder met wisselende werktijden
In deze tussenuitspraak van de Centrale Raad van Beroep op 3 september 2014, met zaaknummer 13-906 WW-T, wordt de weigering van een WW-uitkering aan een alleenstaande moeder besproken. Appellante, die sinds 19 maart 2007 in dienst was bij een stichting, had haar arbeidsovereenkomst op 14 mei 2012 gewijzigd in een nulurenovereenkomst. Dit gebeurde nadat haar oppas had aangegeven niet langer beschikbaar te zijn, waardoor zij niet in staat was haar wisselende diensten te vervullen. Het Uwv had vastgesteld dat appellante met ingang van 14 mei 2012 recht had op een WW-uitkering, maar deze niet tot betaling kwam omdat zij verwijtbaar werkloos zou zijn geworden. Appellante stelde dat zij geen andere oplossing had kunnen vinden voor de zorg van haar kind en dat zij alles had gedaan om haar werk te behouden.
De Raad oordeelt dat het Uwv ten onrechte de WW-uitkering heeft geweigerd. De Raad concludeert dat aan de voortzetting van de arbeid in wisselende diensten zodanige bezwaren waren verbonden, dat van appellante niet kon worden gevergd deze voort te zetten. De Raad draagt het Uwv op om het gebrek in het besluit te herstellen en een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen. De uitspraak benadrukt het belang van de omstandigheden van de appellante, waaronder haar rol als alleenstaande moeder en de impact van wisselende werktijden op haar mogelijkheden om werk en zorg te combineren.